17 okt 2024
Bevraging
Communicatie
Eerste Lijn
Getuigenis
Intern nieuws
Mededeling
Onderzoek
Partner

In juni 2021 deed VAN een bevraging naar de verwachtingen van apothekers rond kringwerking en eerstelijnszones. Voorjaar 2024, bijna drie jaar later dus, organiseerden we vanuit het VAN focusdomein ‘eerste lijn en zorgsamenwerking’ een nieuwe enquête. We bouwden verder op de vragen van de eerste peiling en stonden ook stil bij de verwachtingen en interesses.

 

Wat leerde de vorige bevraging?

De resultaten van de eerste enquête toonden aan dat het concept van eerstelijnszones al goed bekend was, mede dankzij de COVID-19-crisis en vaccinatiecentra. De kringwerking, waarbij alle apothekers in een eerstelijnszone zijn betrokken, was toen minder bekend. Toch zag een groot aantal apothekers het belang van zo’n samenwerking, vooral omdat het de samenwerking met andere zorgverleners en de communicatie over thema’s in de zorgraad verbeterde.

  • Bekendheid: Iets meer dan de helft van de apothekers (53,7%) wist wat een eerstelijnszone is, terwijl acht op de tien apothekers bekend waren met de zone waartoe hun gemeente behoorde. 19,4% kende de kringwerking goed tot zeer goed, maar 43,5% wist niet of er een kringwerking bestaat in hun eerstelijnszone of had hier geen ervaring mee.
  • Deelname: 64,6% van de apothekers die bekend waren met de kringwerking nam deel aan activiteiten, en 18,8% was actief betrokken.
  • Meerwaarde: 41,6% van de respondenten vond de kringwerking van grote waarde voor het beroep, vooral om multidisciplinaire samenwerking te bevorderen.

VAN polste naar de concrete opdrachten van een kring. Voor de meeste apothekers staat het bevorderen van de multidisciplinaire samenwerking op één. De kring moet er voor zorgen dat zorgverstrekkers uit de eerste lijn elkaar leren kennen en de onderlinge uitwisseling stimuleren. VAN informeerde ook naar de voorwaarden voor een succesvolle kringwerking. Uit de reacties blijkt dat een eenvoudige structuur voor acht op tien apothekers belangrijk is. Daarnaast moet er praktische ondersteuning zijn vanuit de beroepsverenigingen en de deelname aan activiteiten vrijblijvend. Voor iets meer dan de helft van de apothekers die deelnamen aan de bevraging moet de kringwerking ook financieel ondersteund worden.

Huidige enquête

De groep respondenten bestond vooral uit titularissen (61,5%), naast adjuncten (24,5%), vervangers en anderen. Bijna 20% is actief in een zorgraad, cluster zorg, lid van de Algemene vergadering en/of heeft een mandaat als voorzitter, secretaris of penningmeester.

Eerstelijnszone

De meerderheid weet ondertussen tot welke eerstelijnszone ze behoren: 96,5% is merkelijk beter dan de acht op tien van drie jaar geleden. De zorgraad is ondertussen goed bekend: meer dan 70% weet wat een zorgraad is en een gelijkaardig percentage weet ook wie hun vertegenwoordiger is in die zorgraad. De belangstelling gaat vooral naar specifieke apotheek-gerelateerde onderwerpen in de zorgraad (80%), maar daarnaast wil men ook meer weten over zorg-gerelateerde topics (61%). Welzijn (37,5%), overheidsmaterie (19%) of specifiek de werking van de zorgraad (7%) boeit minder.

Toch geeft 63,5% aan dat ze vinden onvoldoende op de hoogte te zijn van wat er binnen de zorgraad gebeurt. Als redenen worden daar aangegeven te weinig communicatie, geen toegang tot verslagen, de onderwerpen zijn te abstract of staan te ver van de apotheekwerking, te druk/geen tijd om dit op te volgen. Die klinken ons vertrouwd in de oren al kwamen er ook best wat reacties van apothekers die meldden dat ze regelmatig via een nieuwsbrief of mail worden geïnformeerd, dat ze zelf deel uitmaken van de kring of zorgraad, dat ze naar initiatieven van de eerstelijnszone komen  of dat het op andere bijeenkomsten wel eens ter sprake komt.

66% geeft de voorkeur om via nieuwsbrief van de eerstelijnszone zelf op de hoogte te worden gehouden; uitnodigingen voor initiatieven en activiteiten (49,5%), nieuwsbrieven van apothekers zelf (48%) of een verslag van dat overleg (43,5%) vullen de top 4 aan.

Apothekerskring

We stelden gelijkaardige vragen ivm de apothekerskring. Iets meer dan de helft van de respondenten (57,5%) meldt dat er een apothekerskring actief is in de eerstelijnszone. De grote meerderheid is op de hoogte van welke collega hen in dat geval vertegenwoordigt en een actieve rol opneemt. Met die visibiliteit zit het dus goed. Dat kan er ook mee te maken hebben dat ongeveer de helft zelf zegt actief te zijn in hun kring door deel te nemen aan lokale initiatieven (53%), zelf zulke initiatieven te organiseren (30%) of betrokken te zijn bij de organisatie van MFO’s (25,5%).

Bij de vraag naar welke zaken rond kringwerking ze vooral geïnteresseerd zijn, is er een duidelijke parallel met de betrokkenheid rond zorgraad. Vooral apotheek-gerelateerde activiteiten krijgen de voorkeur: lokale initiatieven met apothekers (80%), andere zorgverleners (74%) tegenover overheid gerelateerde  (14%).

De bilan oogt positiever wat op de hoogte zijn van de kringwerking betreft. Bijna 60 % geeft aan dat ze voldoende geïnformeerd zijn over de werking van de apothekerskring, tegenover 40% voor de zorgraad. Veel collega’s leggen de oorzaak bij zichzelf om te verklaren waarom ze niet genoeg op de hoogte zijn: ze volgen het zelf onvoldoende, lezen de mails niet altijd … Toch geven sommige collega’s aan dat er te weinig communicatie is, ook rond de kringwerking.

Bij de vraag hoe ze liefst geïnformeerd willen worden, valt de keuze begrijpelijkerwijze op een nieuwsbrief van de apothekers zelf (71%), tegenover de 48% voor zorgraad.

Positief is wel dat heel wat apothekers die deelnamen aan de enquête aangeven (nog) meer betrokken te willen worden door deel te nemen aan activiteiten (69,5%) of zelf mee te werken (42,5%). Hier ligt nog veel mogelijkheid om het werk te verdelen in de kring.

Meerwaarde

Meer dan de helft van de deelnemers antwoordden positief op de vraag of de apothekerskring een meerwaarde voor hun werk als apotheker heeft. Aan die groep werd gevraagd welke opdrachten die kringwerking moet opnemen. Meerdere antwoorden waren mogelijk en daaruit kwam deze top 5 naar voren:

  1. De zichtbaarheid van apothekers naar de andere zorgverleners in de eerstelijnszone verhogen. (88%)
  2. Ervoor zorgen dat apothekers van de eerstelijnszone elkaar (beter leren) kennen, ter bevordering van de samenwerking. (80,5%)           
  3. Ervoor zorgen dat zorgverleners uit de eerstelijnszone elkaar (beter leren) kennen, ter bevordering van interdisciplinaire samenwerking. (78%)  
  4. Opleidingen organiseren voor apothekers. (63,5%)
  5. Het aanspreekpunt vormen voor andere zorgverleners en partners (OCMW, CAW,...)  binnen de eerstelijnszone. (58,5%)

Ook op de vraag welke voorwaarden noodzakelijk zijn voor een succesvolle apothekerskring, leverde duidelijke antwoorden (opnieuw kon je hier meerdere antwoorden tegelijk geven):

  1. Er moeten meerdere geëngageerde apothekers zijn om de kringwerking te trekken. (68,%)
  2. De deelname aan activiteiten is vrijblijvend. (58%)
  3. De structuur van een kringwerking moet eenvoudig zijn. (56,5%)
  4. Er moet terugkoppeling zijn met de apotheker-vertegenwoordiger in de zorgraad. (54%)
  5. Een apothekerskring dient op een meer lokaal niveau georganiseerd te worden, dan op het niveau van de eerstelijnszone. Er moet de mogelijkheid zijn om zich in ‘deelkringen’ te kunnen organiseren. (41%)                    

Er moet financiële ondersteuning zijn voor de kring. (41%)                   

Ondersteuning

Er is absoluut behoefte aan extra ondersteuning: 48% verwacht die van de lokale beroepsverenigingen, 6% van het VAN-netwerk en 37% van het VAN-netwerk én van de lokale beroepsverenigingen. Op die manier kan er voor uniformiteit worden gezorgd, hoeft het warm water niet telkens uitgevonden te worden, wordt alles beter georganiseerd, maak je optimaal gebruik van de reeds aanwezige expertise … zijn allemaal argumenten waarom men die ondersteuning zo belangrijk vindt. Ook over welke ondersteuning ze specifiek verwachten, spreekt men zich duidelijk uit:

  1. Informatie aanleveren en verspreiden. (78,5%)
  2. Opleidingen en kennisdeling faciliteren en/of organiseren. (69%)
  3. Lokale projecten ondersteunen. (68%)
  4. Lokale verbinding met apothekers in de eerstelijnszone faciliteren. (67,5%)
  5. Tools, best practices en templates aanreiken. (63%)

Communicatie, intervisie en financiële ondersteuning scoort lager, maar dat heeft er misschien mee te maken dat dit in de praktijk al vaak gebeurt.

Trouwens, 60,5% vindt dat ze voldoende ondersteund worden in die werking door het VAN-netwerk én de lokale beroepsverenigingen. Daar is dus nog wel marge voor verbetering.

Verder?

En met die cijfers gaan we nu ook concreet aan de slag. We zullen ze gebruiken om eigen activiteiten nog beter af te stemmen op de noden en ze zullen ook de basis vormen om het gesprek met de lokale kringverantwoordelijken aan te gaan.

Meer weten of hieraan actief meewerken: neem contact op met je lokale beroepsvereniging.

Image
Grafieken bevraging zorgraden 2024.png